Iedere automobilist krijgt er vroeg of laat mee te maken: een auto die niet wil starten. Zorg dat je je lege accu eigenhandig een boost kunt geven met deze gebruiksvriendelijke startkabelset. Deze standaard startkabels hebbben een lengte van +/- 250cm. Genoeg lengte als je de auto en de auto met storing naast elkaar parkeert. De 16mm2 startkabels zijn geschikt voor kleine- en middelmotoren. Voor diesels en grotere benzine motoren raden wij dikkere startkabels aan.

Het gebruik van startkabels:

Bij gebruik van de startkabels bij startproblemen moet je ervoor zorgen dat de voertuigen elkaar niet raken!

Het aansluiten van de startkabels:
1. Zet de motor af van beide voertuigen
2. Schakel alle stroomverbruikers uit (zoals radio, verwarming, airco, enz).
3. Klem de rode kabel op de +pool van lege accu
4. Verbind de rode kabel aan de +pool van goede accu
5. Sluit de zwarte kabel aan op de -pool van de volle accu
6. Zet de andere zwarte klem op MASSA van het pechvoertuig, bijv. een metalen deel van de motor of (ongelakt) carrosserie-deel
  (Let op: sluit hem dus NIET aan op de - pool van de slechte accu maar minimaal 50 cm daar vanaf.)
7. Start de motor van de auto met de volle accu
8. Laat de motor op een iets hoger toerental draaien

Je kunt de motor van het voertuig direct proberen te starten of hier een paar minuten mee wachten.
Is het starten van het voertuig gelukt, wacht dan nog enkele minuten voordat je de startkabels losmaakt.

Let op:
Bij het losnemen van de startkabels kan er een piekspanning ontstaan.
Schakel na het starten van het hulpvoertuig (tijdelijk) de achterruitverwarming en de kachel aan zodat de hoge laadstroom kan worden opgevangen.

Het afkoppelen van de startkabels:
1. Maak eerst de zwarte startkabels los van het carrosserie van de auto met lege accu.
2. Haal de zwarte klem van de - pool van de volle accu.
3. Nu haal je de rode accuklem van de + pool van de goede accu
4. Als laatst haal je de rode klem van de + pool van slechte accu

Let op:
- Zorg ervoor dat de rode en zwarte kabelklemmen op geen enkel moment contact met elkaar hebben.
- Bij het laden van een loodzwavelzuuraccu wordt het explosieve knalgas gevormd. Dit knalgas kan bij de geringste vonk exploderen.
De meeste explosies vinden plaats tijdens het aan- of afkoppelen van de aansluitkabels, startkabels en de lader.